De verovering van het land Kanaän
Jozua, opvolger van Mozes
1Na de dood van Mozes, dienaar van de Heer, zei De Heer tegen Jozua, zoon van Nun, assistent van Mozes: 2mijn dienaar Mozes is dood. Nu dan, maak je klaar om de Jordaan over te steken 1.2 de mensen waren toen te Shittim (2.1) in de vlakten van Moab (Dt 34.1, 8) bij de Jordaan. met al deze mensen, om in te gaan het land, dat ik Den Israelieten geven zal. 3 gelijk als Ik Mozes gesproken heb, zo zal ik u alle plaats geven, waar gij uw voeten zult leggen. 4UW grondgebied zal zich uitstrekken van de woestijn1. 4 de woestijn die het grootste deel van het Arabische schiereiland beslaat. tot aan de bergen van Libanon en de grote rivier, de Eufraat, door het hele land van de Hittites1.4 deze naam geldt voor de afstammelingen van Heth (zie Gen.23.3 ss) die het zuiden bewoonden van wat het land Israël zal worden, van bier-Sheva tot Hebron. Volgens sommigen hadden deze Hettieten geen verband met de Hettieten die, van 1800-1200 v.Chr. regeerde in Klein-Azië over een groot rijk dat zich uitstrekte tot Syrië en Libanon. Voor anderen hebben deze twee Hettitische groepen een verre gemeenschappelijke oorsprong. tot aan de Middellandse Zee, ten westen van1.4 uiterste grenzen van het land, veroverd en gehandhaafd alleen onder David en Salomo.. 5 zolang je leeft, zal niemand in staat zijn om je te weerstaan, want Ik zal met je zijn zoals ik met Mozes was, Ik zal je niet in de steek laten en Ik zal je niet in de steek laten1.5 vers 5-6 hervatten Dt 31.6-8, 23. Hervat in 1 Ch 28.20.. 6 houdt moed en houdt vast, want gij zijt het, die dit volk in bezit zal brengen van het land, dat ik hun vaderen gezworen heb hun te geven. 7 houdt moed en houdt stand, dat gij al de wet gehoorzaamt, die mijn knecht Mozes u geboden heeft, en wijkt daarvan niet af, noch van de ene noch van de andere zijde. Dan zul je slagen in alles wat je onderneemt. 8 let op de woorden van dit boek van de wet voortdurend te herhalen, mediteer op hen dag en nacht om het te gehoorzamen en toe te passen alles wat erin geschreven is, want dan zult u succes hebben in uw inspanningen, dan zult u succes hebben. 9 Ik heb u dit gebod gegeven: houdt moed, houdt vast, vreest niet, en vreest niet; want ik, de HEERE, uw God, zal met u zijn over alles, wat gij doet.
Jozua gaf zijn orders aan de leiders van het volk
10Josue gaf de leiders van het volk de volgende orders: : Bereid u proviand voor, want over drie dagen zult gij deze Jordaan oversteken, om het land in bezit te nemen, dat de HEERE, uw God, U geven zal.12 tot de stammen van Ruben, en Gad, en tot den halven stam van Manasse, zeide Jozua: 13 onthoudt, wat Mozes, de knecht des HEEREN, u geboden heeft. Hij zei tot u: “de Heer, uw God, heeft u dit land gegeven en u een vredig bestaan geschonken 13 voor vers 13-15, zie Nb 32.28-32; dt 3.18-20.. “14 zo zullen uw Vrouwen, uw kinderen en uw kudden blijven in het land, dat u Mozes aan gene zijde van de Jordaan gegeven heeft, maar gij allen, die krijgsvolk zijn, zult aan het hoofd van uw broederen gaan, en gij zult hun een sterke hand geven; 15 totdat de HEERE, uw God, hun een vredig bestaan gegeven heeft, gelijk gij, en dat ook zij in bezit gekomen zijn van het land, dat hij hun gegeven heeft. Dan zult gij wederkeren naar het land, dat u toebehoort, en het land bezetten, dat Mozes, de knecht des HEEREN, u gegeven heeft, ten oosten van de Jordaan.Zij antwoordden Jozua: wij zullen alles doen wat gij ons geboden hebt, en wij zullen gaan, waar gij ons ook heenstuurt. 17 wij willen u in alles gehoorzamen, gelijk als wij Mozes gehoorzaamd hebben. Moge de Here, uw God, met u zijn, zoals hij met Mozes was. 18 Wie tegen uw macht ingaat en Uw geboden niet gehoorzaamt, die zal gedood worden, wat gij ook beveelt. Dus houd moed en hou je goed vast!