vlak voor het einde van de Golfoorlog werden meer dan 800 met explosieven ontplofte putten ontstoken door de Irakese strijdkrachten, waarvan meer dan 650 putten enkele maanden lang met vlammen verbrandden en de rest olie vormde meren en poelen. Naar schatting is meer dan een miljard vaten ruwe olie verloren gegaan, wat neerkomt op ongeveer 1,5 2, van de oliereserves in Koeweit. De brandende putten in Koeweit produceerden grote hoeveelheden gassen zoals zwaveldioxide (SO2), koolmonoxide (CO), waterstofsulfide (H2S), kooldioxide (CO2) en stikstofoxiden (NO3), evenals deeltjes die gedeeltelijk verbrande koolwaterstoffen en metalen bevatten, die allemaal potentieel van invloed waren op de menselijke gezondheid en vegetatie. In dit document wordt informatie gegeven over de statistieken van de Koeweitse branden in olieputten, de gegevens over Koeweitse eigenschappen van ruwe olie en de schattingen van debiet, emissie van gasvormige verontreinigende stoffen en deeltjes. De remote sensing techniek gebruikt in een vroeg stadium bij het onderzoeksinstituut, King Fahd University of Petroleum and Minerals (KFUPM RI) bij het identificeren van de verdeling van brandende putten in verschillende gebieden wordt ook benadrukt in het document. De paper vat ook de informatie en karakterisering van de rookpluim samen.