Parashat Ki Tisa: Summary

Commentary on Parashat Ki Tisa, Exodus 30:11 – 34:35

God was met Mozes op de berg Sinai voor 40 dagen en 40 nachten. God had Moesa toch al bevolen een tent voor God te bouwen met een vastgestelde samenkomst. Deze woonplaats was een beweegbaar heilig heiligdom waar de mensen offers aan God kunnen brengen. Priesters moesten speciale kleding dragen en zich wassen voordat zij in dit heiligdom officiëerden. Elke persoon, rijk en arm, moest de helft van de shekel doneren om de dienst in het heiligdom te financieren.”Wat u betreft, Mozes,” vervolgde God, ” neem de beste specerijen en de beste olijfolie en maak een heilige zalving. Gij zult de Tent der samenkomst zalven, en de Ark der getuigenis, en allen in het heiligdom. Heiligt hen zodat zij heilig worden en dat allen die hen aanraken heilig worden.”Vertel de kinderen van Israël om Mijn sabbatten te houden, zodat u weet dat ik de Heer ben die u heiligt. Want die mijn Sabbat ontheiligen, hun ziel zal uit het midden des volks uitgeroeid worden. Zes dagen zal het werk gedaan worden, maar de zevende dag is een Sabbat van plechtige rust, heilig den Heere. Dit zal een eeuwig verbond zijn, een teken tussen mij en de kinderen Israels tot in eeuwigheid; want in zes dagen maakte de HEERE den hemel en de aarde, en op den zevenden dag hield God op van het werk, en rustte.”

toen God klaar was met spreken, gaf God Mozes de twee stenen tafelen van getuigenis geschreven met de vinger van God.Op dit moment begonnen de mensen zich af te vragen of Mozes ooit zou terugkeren. En zij verzamelden zich tegen Aäron, zeggende: maak ons een god, die voor ons aangezicht zal gaan; want wij weten niet, wat Mozes geschied is.”

het Gouden Kalf

” Verwijder uw gouden oorbellen en breng ze naar mij, ” antwoordde Aaron. En de mensen deden dat. Aäron smolt het goud en vormt het tot een Gouden Kalf. Het volk riep uit: “dit is de god, Israël, die ons uit het land Egypte heeft geleid.”

Aaron bouwde een altaar voor het Gouden Kalf en verkondigde: “a festival to the Lord, tomorrow.”Vroeg de volgende dag, de mensen feesten en offergaven.Terug op de berg Sinaï, zei De Heer tegen Mozes: “Ga, Daal af, want de mensen die uit het land Egypte zijn gebracht zijn corrupt geworden. Ze dwaalden snel af. Zij maakten een gesmolten kalf en aanbaden het alsof ik het was. Laat me nu met rust zodat mijn woede hen kan vernietigen.”

maar Mozes smeekte God, ” waarom de mensen vernietigen die je gered hebt? Waarom zouden de Egyptenaren zeggen, God redde hen met kwade bedoelingen, om de mensen later te doden? Heroverwegen. Denk aan je belofte aan Abraham, Isaak en Jakob om hun nageslacht te vermenigvuldigen als sterren van de hemel en hen het beloofde land te geven.”

en de Heer deed afstand van de straf die gepland was voor het volk.

Mozes verliet de berg Sinaï met de twee stenen tafelen van getuigenis in zijn handen. Op deze tafelen, aan beide zijden geschreven, was het werk van God, en het schrijven was het schrijven van God.Zodra Mozes het kalf en het dansen zag, laaide zijn woede op. Hij wierp de tafelen uit zijn handen en verbrijzelde ze. Toen nam Mozes het kalf, verbrandde het met vuur, vermaalde het tot poeder, wierp het op het water en liet de kinderen Israels het drinken.Mozes confronteerde Aäron: “wat hebben deze mensen u aangedaan dat u zo’ n grote zonde toestond?”

” wees niet boos, ” antwoordde Aaron. “Je weet dat de mensen aanleg hebben voor het kwaad. Zij zeiden tot mij: maak ons tot een god, die voor ons aangezicht zal gaan; want wij weten niet, wat er geschied is van Mozes, die ons uit Egypteland uitgevoerd heeft.’Dus zei ik dat ze me hun gouden sieraden moesten brengen en ik gooide het in het vuur en er kwam dit kalf uit.”

Mozes zag dat het volk uit de hand gelopen was, omdat Aaron hen uit de hand had laten lopen. Dus Mozes stond buiten de kamppoort en zei: “Wie voor de Heer is, kom hier!”In het kamp werden toen zo’ n drieduizend mensen gedood.De volgende dag zei Mozes tegen het volk: “U hebt een grote zonde begaan. Nu zal ik naar God gaan en proberen om verzoening te doen.”

Mozes ging naar God en zei: “Als je de mensen geen vergeving kunt geven, wis mij dan uit uw boek dat u hebt geschreven.”

God antwoordde, ” Wie heeft gezondigd tegen mij, hem zal ik uit mijn boek wissen! Maar als Ik hun zonden gedenk, dan zal er op die dag een afrekening zijn.”Toen zond God een plaag over het volk.”Ga nu, Mozes, en neem het volk mee naar het land dat vloeide van melk en honing, zoals Ik Abraham, Isaak en Jakob gezworen heb. Ik zal een engel voor u sturen en de inheemse volkeren verdrijven. Maar Ik zal niet in het midden van u gaan, dewijl gij een hardnekkig volk zijt, opdat Ik u niet verdelge op den weg.”

toen de mensen deze harde waarschuwing hoorden, rouwden ze en niemand trok hun mooie sieraden aan.

Mozes richtte de Tent van samenkomst buiten het kamp op. En wie God zocht, ging naar de Tent der samenkomst.

Mozes in de Tent

wanneer Mozes naar de Tent ging, keken alle mensen toe als een wolkkolom neerdaalde en bij de deur van de Tent stond terwijl de Heer met Mozes sprak. Toen het volk deze wolkkolom zag, stonden alle mensen en aanbaden God.”Oh, God,” zei Mozes in de tent der samenkomst, ” laat mij uw aanwezigheid aanschouwen.”

God antwoordde: “Ik heb u uitgekozen bij naam. Ik zal al mijn goedheid voor u voorbij laten gaan. Ik zal genadig zijn voor hen aan wie ik genadig zal zijn en mededogen tonen aan hen aan wie ik mededogen zal tonen. Maar je kunt mijn gezicht niet zien, want geen mens kan mij zien en leven. Maar sta op de rots en wanneer mijn glorie voorbij gaat, zult u mijn rug zien, maar mijn gezicht mag niet worden gezien.”

God zei toen tegen Mozes, ” kom nu terug naar de berg en kerf twee stenen tafelen als de eerste. Ik zal op de tafelen de woorden schrijven die op de eerste tafelen stonden die u brak.”

Mozes deed wat God zei en bracht twee nieuwe stenen tafelen naar de berg Sinaï. De Heer daalde neer in de wolk en stond bij Mozes. God verkondigde,

” de Heer, de Heer, God, barmhartig en genadig, traag tot toorn, en overvloedig in goedheid en waarheid, die barmhartigheid uitbreidt tot het duizendste geslacht, die ongerechtigheid, overtreding en zonde vergeeft, maar die de schuldigen geenszins zal zuiveren, die de ongerechtigheid der vaders bezoekt op de kinderen, en op de kinderen der kinderen, tot het derde en tot het vierde geslacht.”

Mozes boog zijn hoofd, aanbaden en vragen God om vergeving van de zonden van het volk en neem ze als een erfenis.

God zei: “Zie, Ik maak een verbond, ik maak onderscheid zoals nooit zijn geschapen in de hele aarde, noch in een natie. Al het volk zal het werk van de Heer zien. Observeer wat ik deze dag beveel. Ik zal de volken uit hun land verdrijven, opdat gij hun wegen niet navolgt, of hun goden offert.

” in plaats daarvan zult u hun altaren afbreken en hun pilaren breken. Want gij zult u voor geen ander god buigen; want de HEERE, wiens naam ijverig is, is een ijverig God. Gij zult geen gegoten goden maken. Pascha zult gij houden. De sabbat zult gij houden. Shavout zul je houden. Je zult je eerstgeborene verlossen. Gij zult het eerste van uw opbrengst aan de Tempel van God geven. Kook een kind niet in de melk van zijn moeder. Schrijf deze woorden van mijn verbond. Naar deze woorden heb ik een verbond met u en Israël verzegeld.”

Mozes bleef 40 dagen en 40 nachten bij de Heer en AT geen brood en dronk geen water. God schreef op de tafelen, de woorden van het verbond, de Tien Geboden.Toen Mozes van de berg Sinaï afdaalde met de twee tafelen van getuigenis, wist Mozes niet dat zijn gezicht straalde omdat hij met God had gesproken. Toen Aäron en het volk zagen hoe Mozes’ gezicht straalde, waren zij bang om naar hem toe te komen. Mozes wenkte hen naar voren. Eerst gaf hij de geboden aan de priesters en oversten en daarna aan alle kinderen van Israël. Mozes gaf hun alles wat de Heer had gesproken op de berg Sinaï.Toen Mozes klaar was met spreken, legde hij een sluier op zijn gezicht. Toen Mozes heenging om tot God te spreken, nam hij het voorhangsel af. Toen de Israëlieten het gezicht van Mozes zagen stralen, legde Mozes de sluier op zijn gezicht, totdat hij weer met God ging spreken.

Parashat Ki Tisa discussievragen

1) Mozes’ gezicht straalde omdat hij met God had gesproken. Wat laat je gezicht stralen?

2) Wanneer Mozes vertraagd terugkeert van de berg Sinaï, vragen de mensen Aäron om een andere god te maken voor hen om te aanbidden. Zijn jullie niet ongeduldig op God en overwegen jullie het aanbidden van een andere god?

3) God staat hier bekend als een jaloerse God. Hoe voel je je als je jaloers bent? Wat betekent een jaloerse God zijn?4) Mozes vraagt om Gods aangezicht te zien, maar God zegt dat geen mens ooit Gods aangezicht kan zien, opdat hij/zij niet sterft. Zou je ooit willen dat je God kon zien? Waarom? Hoe voelt het om te weten dat God niet wil dat je God fysiek ziet?

herdrukt met toestemming van Joodse familie & leven!

Geef een antwoord

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd.